Bijlage 2: Historische grondverschuivingen en aardbevingen

De geomorfologen onderscheiden twee types grondverschuivingen: diepe en ondiepe. De ondiepe zijn meestal vrij recent, zijn het gevolg van (indirect) menselijk ingrijpen, en zijn soms historisch gedocumenteerd (b.v. Kluisberg 1843, Waaienberg 1904, zie ook verder 1). De diepere, met een glijvlak van 3-4 m dik, zijn dikwijls ouder. De enige diepe grondverschuiving in de streek waarvoor een datering beschikbaar is, trad op ca. 5850 BC. Men neemt aan dat andere nog veel ouder kunnen zijn en zelfs uit het Pleistoceen kunnen dateren. Deze oude, diepe grondverschuivingen zijn vermoedelijk getriggerd door natuurlijke fenomenen zoals plotselinge enorme stortregens, smeltwater of aardbevingen. 

Wetenschappers die aardbevingen bestuderen beschouwen ze overal in de wereld als oorzaak voor grondverschuivingen, zeker in regio’s waar ze een grote dichtheid vertonen. Mogelijk waren ze er ook in de Vlaamse Ardennen voor verantwoordelijk 2. Dat kan verwondering wekken, maar oudere mensen herinneren zich nog goed hoe de tijd op 11 juni 1938 om 11u57 even stilstond door een aardbeving met epicentrum in Zulzeke-Nukerke, een paar km ten zuidwesten van de Driehoek 3. Ze had een kracht van 5.6 op de Schaal van Richter en er werden zes naschokken gemeten. Er vielen twee doden en over gans België kwamen er 17.500 schoorstenen naar beneden. Samen met de beving uit 1992 met als epicentrum Roermond in Nederlands Limburg was dit de krachtigste aardbeving in de Benelux en de aangrenzende delen van Frankrijk en Duitsland uit de 20e eeuw. Andere aardbevingen met mogelijke gevolgen voor de Vlaamse Ardennen zijn deze van 1382, 1449, 1504, 1580, 1692, 1756, 1760 en 1828, maar dit zijn enkel de bevingen die zich in historische tijden hebben voorgedaan en door diverse bronnen gedocumenteerd zijn 4. In 1580 bijvoorbeeld constateerde men in Oudenaarde dat de grollende donder al schuffelende de eerde up hief in dier voughen dat men de eerde, de boomen, huysen, caven, solders, torren en muren wel twee voeten ofte daer omtrent sagh vertrekken. De Tektonische risicokaart van het KNMI maakt duidelijk dat er in de Vlaamse Ardennen gemiddeld eens om de 475 jaar een beving van 6.5 of meer op de Schaal van Richter voorkomt. Voor de samenhang tussen aardbevingen en diepe grondverschuivingen is er één duidelijke historische aanwijzing. De aardbeving van 23 februari 1828 zorgde voor een belangrijke grondverschuiving op de Edelareberg, binnen de Driehoek 5.

  1. Blanchard 1906
  2. Sintubin 2016; Vanneste et al. 2009
  3. https://nl.wikipedia.org/wiki/Aardbeving_Zulzeke_1938, mei 2017
  4. Sevens 1901, Blanchard 1906, Castelain 2012, Devos 2013
  5. RAG, Registr en Domeinen Oudenaarde, Register van Correspondentie der ambtenaren 30/6/1829 en 9/1/1830, Blanchard 1906